Voor politieke partijen zijn we niet meer dan een kleine speld in berg data. Cynisch? Obama won 2008 met een baanbrekende digitale strategie. Data hielp DENK en Forum voor Democratie aan goede verkiezingsuitslag.
Het inzetten van data is dus handig. Politieke partijen weten precies wie ze moeten benaderen. Microtargeting heet deze tactiek ook wel - door heel veel data van potentiële kiezers te verzamelen, kan worden berekend wat de kans is dat mensen op je gaan stemmen.
Maar is het ook wenselijk? Want lopen we niet het risico dat politici hun oren laten hangen naar hun kiezers, en alleen nog maar zeggen wat hun kiezers willen horen? Blijven die kiezers op hun beurt niet hangen in hun eigen filterbubbel? En wat betekent dat voor ons politieke debat en de toekomst van de politiek?
Tom Dobber opende de avond met een mini-college over microtargeting. Daarna volgde een paneldiscussie over microtrageting in de politiek met politici Lisa Westerveld en Rens Raemaker en de "Dark Lord of Big Data" Eduard Umberto Nandelall.
Lisa Westerveld, Tweede Kamerlid GroenLinks. Haar partij ontving de titel meest succesvolle politieke campagneteam met een Obama-ish online campagne.
Rens Raemakers, Tweede Kamerlid D66. Rens gebruikt zo ongeveer ieder social media kanaal wat er bestaat, en richt zich op deze manier specifiek ook op jongeren.
Tom Dobber, PhD Candidate aan de UvA. Doet onderzoek naar het targeten van kiezersdoelgroepen en het effect daarvan op de kiezer.
Eduard Umberto Nandelall, the 'Dark Lord of Big Data'. Koopt en analyseert online data en hielp zo o.a. DENK aan drie zetels.